Dag meisje met de mooie blonde haren. Dag meisje met de inspirerende woorden. Dag meisje tegen wie zo veel van ons opkeken. Dag meisje dat de strijd niet meer aan kon. Je hebt gestreden voor wat je waard was. Je hebt gevochten als een leeuwin voor haar kroost zou vechten.
Dag lief meisje, je bent nu niet meer hier. Waar je wel bent, weet ik niet. Ik hoop dat je veilig bent. Op een plek waar je eindelijk de rust hebt waar je zo naar verlangd hebt.
Ik snap je. Al weet ik niet wat je gedacht hebt op die laatste momenten. Jouw gedachten zullen voor mij een raadsel blijven. En toch. Toch snap ik je. Denk ik.
Aan en voor iedereen die het snapt: please, don’t give up. Laten we vechten, strijden, met z’n allen. Voor haar. Voor alle anderen die de strijd niet meer aankonden. Voor het meisje met de mooie blonde haren, voor het meisje met de mooie bruine ogen, voor het meisje met zo veel verschillende talenten, voor het meisje dat zo graag wilde, maar niet meer kon. Voor het meisje met de inspirerende woorden. Voor het meisje met de prachtige glimlach. Laten we vechten, voor alle vlindertjes en sterretjes.